Paragrafen

Financiering

Liquiditeitspositie

1a   Gecontracteerde langlopende leningenportefeuille opgenomen gelden
Onderstaande tabel geeft een overzicht van het totale langlopend geleende bedrag sinds 2018, onderverdeeld in geleende bedragen voor eigen voorzieningen en geleende bedragen door verstrekt aan derden. De geleende bedragen en door verstrekt aan derden zijn met name voor Grondexploitatie Maatschappij Vroondaal C.V. en de St. Jacobusstichting (zie tabel verstrekte leningen aan derden per instelling).

Er zijn in 2020 vier langlopende 20-jarige (lineaire) leningen met uitgestelde storting (zogeheten forwards) aangetrokken. In totaal is in 2020 voor € 650 mln. aan leningen afgesloten (€ 300 mln. met storting in 2022, € 150 mln. met storting 2023 en € 200 mln. met storting 2024) tegen gemiddeld 0,46%. (zie ook treasury-ontwikkelingen). Deze nieuwe leningen zijn verwerkt in onderstaande tabel en de gemeentelijke liquiditeitsprognose. Twee van deze leningen, totaal groot € 300 mln. met een gemiddeld percentage van 0,391, zijn in 2022 gestort. Door de afgesloten forwards is de gemiddelde portefeuillerente Opgenomen leningen aanzienlijk afgenomen.

 

(bedragen x €1 mln.)

Ultimo

Totaal geleend

Gem.  betaalde rente

Waarvan geleend voor eigen voorzieningen

Gem. betaalde rente

Waarvan geleend en doorverstrekt aan derden 

Gem. betaalde rente

2018

1.358

2,03%

1.230

1,85%

128

3,67%

2019

1.422

1,92%

1.315

1,76%

107

3,65%

2020

1.334

1,98%

1.227

1,84%

107

3,63%

2021

1.260

1,97%

1.153

1,82%

107

3,63%

Nieuwe leningen

300

0,39%

300

0,39%

0

0,00%

Reguliere aflossingen

123

2,59%

73

1,86%

50

3,69%

2022

1.437

1,77%

1.380

1,65%

57

3,58%

 
Afloop van hoofdsommen
Ultimo 2022 heeft de gemeente € 1.437 mln. langlopend geleend tegen gemiddeld 1,77%. In 2022 wordt per saldo € 103 mln. afgelost, in 2024 € 95 mln., in 2025 € 120 mln. en in 2026 € 105 mln. Deze bedragen zijn opgenomen in de gemeentebrede liquiditeitsprognose. Op basis van de meest recente liquiditeitsprognose is er geen directe noodzaak de rente- en aflossingsbedragen te herfinancieren.  

1b   Gecontracteerde langlopende leningenportefeuille uitgezette gelden
De aflossingen hebben vooral betrekking op Grondexploitatie Maatschappij Vroondaal C.V. en de Personeelshypotheken.

(bedragen x € 1 mln.)

Uitgezette gelden

Bedrag

Gem. rente

Stand per 1 januari 2022

123,0

3,75%

Nieuwe leningen

0,0

0,00%

Reguliere aflossingen

-51,8

3,81%

Stand per 31 december 2022

71,2

3,66%

(bedragen x € 1 mln.)

Uitgezette gelden per instelling

Restant per 31/12/2022

Restant per 31/12/2021

Grondexploitatie Maatschappij Vroondaal C.V.

51,2

100,0

Starterspanden C.V.

0,8

0,8

St. Jacobusstichting

6,1

6,5

Stichting pand Hoefkade

2,6

2,7

Personeelshypotheekportefeuille

10,5

13,0

Totaal

71,2

123,0

Afloop van hoofdsommen
Ultimo 2022 heeft de gemeente € 71,2 mln. langlopend uitgeleend tegen 3,66%. In 2023 wordt € 7,1 mln. terugontvangen, in 2024 € 7,3 mln., in 2025 € 6,4 mln. en in 2026 € 7,3 mln. Deze bedragen zijn opgenomen in de gemeente brede liquiditeitsprognose. Dat betekent dat de gemeente de komende jaren minder financiering aan derden heeft uitstaan.

Voorziening langlopende uitgezette leningen
De gemeente heeft € 71,2 mln. aan langlopende leningen ingedeeld in risicogroepen.

(bedragen x € 1 mln.)

Uitgezette langlopende leningen per risicogroep

Restant per ultimo 2022

Met hypothecaire zekerheid

70,4

Zonder zekerheid

0,8

Totaal

71,2

Jaarlijks wordt op basis van risico-inschatting van iedere individuele lening de voorziening voor langlopende leningen bepaald. Deze wordt onder meer berekend op basis van de Basel II-norm. Als er 100% zekerheden zijn gesteld wordt geen voorziening gevormd. Zo nodig worden op basis van risico-inschatting afwijkende percentages toegepast. Op basis van de huidige inzichten zijn de risico’s beperkt waardoor geen aanvullende maatregelen nodig zijn en geen voorziening is gevormd.

1c   Gegarandeerde geldleningen
De afgelopen decennia heeft de gemeente aan diverse maatschappelijke sectoren borgstellingen verleend voor investeringen in hun materiële activa. Het gaat om maatschappelijk relevante investeringen met een publiek belang. De gemeente Den Haag loopt risico wegens het afgeven van garanties voor leningen die banken aan derden hebben verstrekt. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de door de gemeente afgegeven gegarandeerde geldleningen.

(bedragen x €1.000,-)

Gegarandeerde geldleningen

Restant per 31/12/2022

Restant per 31/12/2021

Geestelijke gezondheidszorg/bejaardenoorden

369

431

Ministerie van Financiën

4.166

4.333

Stichting Nationaal Restauratiefonds

619 

617

Achtervangovereenkomst met de Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen

pm

pm

Achtervangovereenkomst Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW)*

4.576.539

4.264.825

Totaal

4.581.074

4.270.206

* Het gaat hierbij om garantstelling aan rechtspersonen

De stand per 31 december 2021 en 31 december 2022 is gebaseerd op de opgave van het Waarborgfonds. De raad heeft in juli 2021 (RIS 309381) ingestemd
met een nieuwe achtervangovereenkomst met het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Woningcorporaties trekken leningen aan om het bouwen en onderhouden van sociale huurwoningen te financieren. Het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) staat hiervoor borg. Dit betekent dat de betalingsverplichtingen (rente en aflossing) van de lening overgenomen wordt, mocht de corporatie daar zelf niet meer aan kunnen voldoen. Door borg te staan voor leningen kunnen woningcorporaties goedkoper leningen aantrekken.

Voorziening gegarandeerde geldleningen
Van de totaal uitstaande garanties is voor € 0,4 mln. extra zekerheid verkregen door het recht van eerste hypotheek (verpleeg- en zorginstellingen). Voor de overige uitstaande garanties is geen zekerheid verkregen, waardoor het risico in geval de gemeente wordt aangesproken hoger is. Op basis van de huidige inzichten zijn deze risico’s beperkt waardoor geen aanvullende maatregelen nodig zijn en geen voorziening is gevormd.

1d   Lange financieringspositie 2022 (langer dan één jaar)
De lange financieringsbehoefte is in theorie het verschil tussen de vaste activa van de balans (materiële en financiële vaste activa) en het lang vermogen aan de passiefzijde van de balans. De uitkomst geeft aan of er een financieringsbehoefte of een financieringsoverschot is op de langlopende financieringspositie. De financieringspositie ultimo 2022 is als volgt opgebouwd:

(bedragen x € 1 mln.)

Saldo ultimo 2022

Jaarrekening 2022

Begroting 2022

Vaste activa:

Verstrekte leningen voor gemeentelijke Investeringen

2.242

2.303

Deelnemingen

111

96

Uitgezette middelen

163

168

Totaal vaste activa

2.516

2.567

Beschikbare middelen:

Reserves en voorzieningen

1.447

1.109

Opgenomen leningen (zie paragraaf 1a)

1.437

1.454

Totaal beschikbare middelen

2.884

2.563

Financieringsoverschot/-behoefte

368

-4

Ultimo 2022 heeft de gemeente een (tijdelijk) liquiditeitsoverschot van € 482 mln. De uitgaven in 2022 bleven, net als in 2021, achter bij de geprognosticeerde uitgaven. Bovendien waren de inkomsten in 2022 hoger dan verwacht door o.a. hogere uitkeringen Gemeentefonds en hogere bijdragen meerkosten Covid medio 2022. Vanaf eind 2024 en verder wordt verwacht dat er weer sprake zal zijn van een financieringsbehoefte. Medio 2020 werd voor 2022 een stijging van de lange rente verwacht.

Medio 2020 heeft het college, op basis van de toenmalig verwachte financieringsbehoefte (onder andere verwachte investeringen) en de verwachting van een stijging van de lange rente in 2022,vier langlopende 20-jarige (lineaire) leningen, totaal € 650 mln., met uitgestelde storting (zogeheten forwards) afgesloten (RIS305846). Met het aantrekken van deze forwards is het uitgangspunt dat de langdurige kapitaalbehoefte wordt gefinancierd met langlopende leningen. Het financieringsoverschot van € 368 mln. maakt onderdeel uit van het (tijdelijk) liquiditeitsoverschot.

Deze pagina is gebouwd op 10/30/2024 15:12:40 met de export van 10/30/2024 15:07:58